Geen brug te ver...!
We zijn verheugd om jullie uit te nodigen voor een inspirerend bedrijfsbezoek aan Haasnoot Bruggen! Dit bezoek biedt een unieke kans om meer te leren over de fascinerende wereld van bruggenbouw in Nederland en om inzichten te krijgen in ondernemerschap.
Tijdens dit bezoek zullen we een rondleiding krijgen door het bedrijf en zullen we meer te weten komen over de verschillende soorten bruggen die Haasnoot Bruggen heeft ontworpen en gebouwd. Van historische bruggen tot trends in de moderne infrastructuur, Haasnoot Bruggen heeft een indrukwekkend portfolio dat de diversiteit en innovatie in de Nederlandse bruggenbouw laat zien. Daarnaast zullen we de gelegenheid hebben om te luisteren naar een inspirerende presentatie over ondernemerschap.
Inloop zoals gebruikelijk vanaf 19:30 uur.
We hopen dat jullie allemaal aanwezig kunnen zijn bij voor het bedrijfsbezoek aan Haasnoot Bruggen. Het belooft een leerzaam event te worden.
Haasnoot Bruggen is trots op zijn diepe wortels in de Duin- en Bollenstreek, de plek waar onze mensen vandaan komen en waar daadkrachtige ondernemers de mooiste bedrijven opbouwen die de wereld veroveren. Een regio vol passie, ambitie en ondernemerschap! Haasnoot Bruggen is met meer dan 12.000 gerealiseerde bruggen is dé landelijke specialist in het ontwerpen, produceren en installeren van duurzame en innovatieve bruggen. Met meer dan 60 jaar ervaring combineren we vakmanschap, technologie en hoogwaardige materialen om maatwerkoplossingen te bieden die functioneel, esthetisch en toekomstbestendig zijn.
Namens de activiteitencommissie
Van de voorzitter
Hopelijk is hier vol lering uit te trekken . . . .
Beste Lezer,
Afgelopen zaterdag heb ik de laatste paar uur van het WK wielrennen op de weg voor vrouwen zitten kijken. Dat ging bij de Nederlandse rensters niet helemaal hoe het naar mijn idee had gekund (of eigenlijk misschien wel had gemoeten). Volgens mij is daar binnenkort door iemand wel weer één of ander managementboek over te schrijven; dit met desnoods als titel: “Ergens Vol lering uit trekken” . . . .
In ons bedrijf werken we volgens het principe “Klantbelang is bureaubelang is eigen belang; en dat in basis in die volgorde”. En daar selecteren we onze teamleden dus ook bewust op. Mensen die zichzelf in de regel belangrijker vinden dan het bureau of de klant passen daar nu eenmaal niet bij. Maar daarbij mag het klantbelang dan natuurlijk niet op onredelijke wijze strijdig zijn met het bureaubelang, want anders moeten we uiteindelijk toch wel ingrijpen. Het kan dus niet zo zijn dat een klant voor een reële prestatie van € 10.000,-- maar € 2.000,-- over heeft, want dan hadden we er op voorhand beter samen niet aan kunnen beginnen . . . .
In het Nederlandse team, dat deze wedstrijd zonder “oortjes” (en dus grotendeels op eigen intuïtie en beslissingen) moest fietsen, was er één duidelijke kopvrouw; Demi Vollering. En die wilde dus héél graag wereldkampioen worden om het hele komende jaar in die mooie regenboogtrui te mogen fietsen. Op zich best een reële wens, want ze was gelet op het parcours en op haar blakende vorm, behoorlijk favoriet. En alle bespiegelingen vooraf in de pers hebben dat idee alleen maar gesterkt. Maar er deden natuurlijk ook nog vijf andere Nederlandse rensters mee en dat waren ook niet de minste . . . .
Op enig moment komen er vier meiden op kop te rijden, waarbij die kopgroep ongeveer een minuut voorsprong heeft. Daarin zaten twee Nederlandse rensters; Marianne Vos en Riejanne Markus met daarnaast nog twee buitenlandse rensters. Als die kopgroep dus vooruit zou blijven was er, met drie medailles die aan de meet klaar lagen, sowieso een zekerheid op één Nederlandse medaille. Met daarbij ook nog een hele grote kans op een Nederlandse wereldkampioen, want Marianne Vos was op papier van die vier rensters verreweg de beste sprintster. Dus als Nederlands team vooral niets doen in het peloton, zou je dan zeggen, en vooral de buitenlandse rensters het vuile werk laten opknappen om dat gat mogelijk nog te kunnen dichten. In die positie zou Demi Vollering vooral haar krachten moeten kunnen sparen voor die ultieme demarrage voor het eventuele geval de kopgroep alsnog teruggepakt zou worden. En mocht die kopgroep toch niet teruggepakt worden, dan zou er in het Nederlandse kamp in ieder geval feest gevierd moeten kunnen worden vanwege de gewonnen medaille(s) en die eventuele regenboogtrui . . . .
En dan zie je tot je grote verbazing ineens de Nederlandse rensters op kop van het peloton sleuren om het gat met de “eigen” kopgroep zelf te gaan dichten. Waarschijnlijk alleen maar gevoed met het idee dat Demi, ten koste van de huidige vluchtsters, per se terug naar de kop van het veld gebracht moest worden om haar daarna het hele peloton te laten verslaan. Welk Nederlands groepsbelang wordt daarmee gediend, wát is daar de strategie of de logica achter, wie verzint én beslist zoiets, hoe dan . . . . ? De kopgroep wordt uiteindelijk onder Nederlandse aanvoering teruggepakt en vervolgens ontstaat er een nieuwe kopgroep; dit keer met een negental rensters. Daarin zitten dan drie Nederlandse rensters (wederom Marianne en Riejanne, dit keer aangevuld met Demi), twee Belgische rensters en voor de rest nog vier eenlingen uit andere landen. Wederom een mooi overtal, dit keer alleen wel met iets minder kans op een medaille, namelijk nog “maar” drie op negen . . . .
Alleen op één van de volgende heuvelbeklimmingen versneld Demi om de groep te pijnigen en ze rijdt er gelijk drie rensters af; de twee Nederlandse en de Belgische. Er blijven dus zes rensters over van zes nationaliteiten, wég overtal, wég een mogelijkheid tot nog iets van ploegentactiek richting de finish. En daarnaast met deze “slimme” actie ook de medaillekans nog wat verder gereduceerd naar één op zes . . . .
In dat laatste stuk van de race rijdt Demi, op papier één van de sterkste rensters van de kopgroep, vrijwel elk gat naar demarrerende rensters dicht zonder dat ze daarbij de haar steeds volgende rensters er zelf afrijdt. En als het op het einde dan op die ultieme sprint aankomt is alle energie er bij haar uit en wordt ze slechts vijfde van de zes. De Belgische “alleskunner” Lotte Kopecky, die onderweg meerdere keren op breken stond, maar die steeds nét in het wiel kon blijven, hoefde uiteindelijk maar één sprintje te trekken en ging er wederom met de trui vandoor. Voor Demi Vollering dus géén regenboogtrui, géén medaille, maar slechts een illusie (en hopelijk toch ook een levensles) wijzer . . . .
Deze “wedstrijd van het jaar” werd op amateuristische wijze naar de knoppen geholpen door ofwel de knullige aansturing vanuit de Nederlandse ploegleiderswagen (alleen dan wel zonder “oortjes”) ofwel door de commando’s van de kopvrouw zelf. Waarschijnlijk ingegeven door een overschatting van het (eigen) kunnen van Demi of door het egoïsme om alleen zélf die trui te willen winnen, ook al zou dat dan mogelijk ten koste van de reële kansen van een eigen teamlid gaan . . . .
Volgend jaar gewoon weer een nieuw WK en gewoon weer nieuwe kansen. Tot die tijd zullen we bij het aanschouwen van Lotte Kopecky in de regenboogtrui elke dag weer herinnerd worden aan dit Nederlandse debacle van afgelopen zondag. Eerst klantbelang, dan teambelang, dan eigen belang, in die volgorde. Ik hoop dat ze dat in het Nederlandse kamp het komende jaar ook zullen inzien en dat ze daar “Vol lering” uit trekken . . . .
Hans Zwetsloot
(voorzitter ONDB)